Zaterdag 6 November 1948
Ik werd vanmorgen wakker met de Zondag in mijn hoofd. Ik dacht echt dat het Zondag was, maar nee hoor, zover was het nog niet. Het eten ging wel, maar aan het brood heb je niet veel. De morgen ging weer hard om. We zijn twee keer met de truck op pad geweest om ijzeren binten te halen voor onze nieuwe garage. Ja, dat is wat, wij een garage, we geloven het haast zelf niet. Vanmorgen werd er weer hoopjes gekwekt, over het thuisvaren, dat het niet doorging en dat we allemaal zes maanden langer moeten dienen. In de kranten staat het wel, maar bij ons aan het publicatiebord hangt nog niets daarover. Ze zijn het wel verplicht om deze informatie neer te hangen, als het waar is. Maar ze houden je aan het lijntje en in onzekerheid. 's Middags lekker uitgerust, want het word hier met de dag warmer. Om vijf uur moest ik met een geweer vier arrestanten bewaken bij het luchten. Ach zo nauw keek ik niet, het zijn tenslotte allemaal je eigen maatjes. Zo is het toch weer laat geworden, ik moet de vloer nog dweilen, anders krijg ik de kamerhoudster op me lijf.
Zondag 7 November 1948
De zondag, ja je merkt er weinig tot niets van, al hangt er wel een zekere
sfeer. Je voelt je eigen eenzaam, en denkt aan de kinderkerk, al dat gebabbel 's
morgens om je heen. Hier is alles even stil en rustig. De jongens liggen nog te
slapen, anderen zijn al vroeg naar de kerk gegaan. Het werd tijd voor mij om ook
op weg te gaan.
Ik ben naar de kerk op Boeboetan gegaan. De preek was goed, en goed te volgen
ook. Maar ik zit altijd maar te dromen, zo ook nu en dacht terug aan de kerk in
Rotterdam, tussen je vrienden en vriendinnen. Na de kerkdienst ging je dan nog
eens een straatje om. Dat is er hier niet bij. Ik ben meestal altijd alleen.
Henk is Rooms en Karel doet er niet aan, en we zitten veels te ver van elkaar
vandaan.
Maar na de kerkdienst ben ik toch Karel gaan opzoeken, wegens ze verjaardag. Het
is een gezellig uurtje geweest. We hebben veel gepraat over Holland. 's Middags
ben ik naar de cineac geweest, wat moet je anders doen, beter dan te lopen
lanterfanten of thuis te zitten. 's Avonds ben ik met de busdienst mee geweest,
ik wist niet wat ik moest doen, ik verveelde me dood, dus ben ik maar meegereden
tot 18:00 uur. Daarom houd ik nu op, en dan tot morgen.
Karel van der Bosch
pagina 64